Foto’s: Henk & Uilkje Veenstra © 2008, Bron www.orgelsitesimon.nl
In de jaren 1695-1710 bouwde Adam Philipp Schleich een nieuw orgel voor de Sankt Stephan-Kirche te Bamberg. Het oude binnenwerk werd in 1892 vervangen door een nieuw instrument met pneumatische kegelladen, gebouwd door Steinmeyer. Dit instrument is in 1966 weer vervangen door nieuwbouw van de hand van Paul Ott. De orgelkas uit 1710 is opnieuw gebruikt. In juli 2007 startte de afbraak van het orgel van Ott. Door de firma Muhleisen is een geheel nieuw sleepladen-orgel met mechanische toetstractuur en elektrische registertractuur gebouwd achter het front van Schleich. Met een officiële ingebruikneming en een concert door Ingrid Kasper is het instrument op 27 april 2008 ingewijd.
Dispositie:
Hauptwerk: C-a3 Praestant 16′, Principal 8′, Quintathöne 8′, Copula 8′, Gamba 8′, Octav 4′, Spitzflöte 4′, Quinta 2 2/3′, Octav 2′, Cornett 5 fach (8′) (from g°), Mixtur 4 fach (2′), Cymbel 3 fach (1′), Trompete 16′, Trompete 8′.
Oberwerk: C-a3 Suavialprincipal 8′ – C-H gecombineerd met Hohlflöte, Hohlflöte 8′, Gedact 8′, Solicional 8′, Octav 4′, Holzflaute 4′, Principal 2′, Quint 1 1/3′, Sesquialtera 2 fach (2 2/3′), Mixtur 4 fach (1′), Dulzian 16′, Trompete 8′, Krummhorn 8′, Tremulant.
Schwellwerk: C-a3 Salicional 16′, Geigenprinzipal 8′, Portunalflöte 8′, Flute Harmonique 8′, Aeoline 8′, Vox Coelestis 8′, Fugara 4′, Traversflöte 4′, Waldflöte 2′, Progessio Harmonica 2-4 fach (2 2/3′), Fagott 16′, Trompete 8′, Oboe 8′, Tremulant.
Pedal: C-f1 Untersatz 32′ – vanaf c gecombineerd met Subbass, Principalbass 16′, Subbass 16′, Oktavbass 8′, Flötbass 8′, Basset 4′, Großcornett 3 fach (10 2/3′), Mixturbass 4 fach (2 2/3′), Bombarde 16′, Bosaunbass 8′, Trompete 4′.
Koppelingen: Hauptwerk – Oberwerk, Hauptwerk – Schwellwerk, Oberwerk – Schwellwerk, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Oberwerk, Pedal – Schwellwerk, Pedal – Schwellwerk Super, Schwellwerk – Schwellwerk Sub.
Speelhulpen: Zimbelstern, Crescendowalze.
Oberwerk: C-a3 Suavialprincipal 8′ – C-H gecombineerd met Hohlflöte, Hohlflöte 8′, Gedact 8′, Solicional 8′, Octav 4′, Holzflaute 4′, Principal 2′, Quint 1 1/3′, Sesquialtera 2 fach (2 2/3′), Mixtur 4 fach (1′), Dulzian 16′, Trompete 8′, Krummhorn 8′, Tremulant.
Schwellwerk: C-a3 Salicional 16′, Geigenprinzipal 8′, Portunalflöte 8′, Flute Harmonique 8′, Aeoline 8′, Vox Coelestis 8′, Fugara 4′, Traversflöte 4′, Waldflöte 2′, Progessio Harmonica 2-4 fach (2 2/3′), Fagott 16′, Trompete 8′, Oboe 8′, Tremulant.
Pedal: C-f1 Untersatz 32′ – vanaf c gecombineerd met Subbass, Principalbass 16′, Subbass 16′, Oktavbass 8′, Flötbass 8′, Basset 4′, Großcornett 3 fach (10 2/3′), Mixturbass 4 fach (2 2/3′), Bombarde 16′, Bosaunbass 8′, Trompete 4′.
Koppelingen: Hauptwerk – Oberwerk, Hauptwerk – Schwellwerk, Oberwerk – Schwellwerk, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Oberwerk, Pedal – Schwellwerk, Pedal – Schwellwerk Super, Schwellwerk – Schwellwerk Sub.
Speelhulpen: Zimbelstern, Crescendowalze.