Foto’s: Rien Rolfes © 2015
De firma Ypma & Co heeft in 1871 het mechanische sleepladen-orgel van de parochiekerk in Bleiswijk gebouwd. In het orgel is volgens het bestek, pijpwerk aanwezig uit het kabinetorgel dat eerder in de kerk stond. Op 1 november 1871 is het in gebruik genomen. Jos Vermeulen bouwde het orgel in 1925 om. Het Bovenwerk werd op een pneumatische lade geplaatst als Nevenwerk achter het manuaal. De Speelfluit 2′ werd door een Vox Caelestis 8′ vervangen. Vermeulen plaatste op het Hoofdwerk een nieuwe Trompet en verving de Cornet door een Bourdon 16′. De pneumatische bas van deze Bourdon was ook op het pedaal registreerbaar als zelfstandige stem.
In 1971 restaureerde Jos Vermeulen het orgel onder advies van dr. P.J. de Bruyn. De toestand van 1925 bleef echter behouden. Na de restauratie is het op 22 juni 1971 weer in gebruik genomen met een concert door Albert de Klerk.
In 2000 werd het instrument door de firma Hendriksen & Reitsma opnieuw gerestaureerd. Nu werd wel de oorspronkelijke dispositie hersteld, het nevenwerk werd weer als bovenwerk geplaatst en tenslotte is de dispositie met enkele stemmen en een tremulant uitgebreid. Op 29 november 2000 is het weer in gebruik genomen met een concert door de organisten van de kerk Wim Veldhuyzen en Jan de Jong, en door adviseur Ton van Eck.
Hoofdwerk: C – f3
Prestant 8′
Bourdon 8′
Salicet 8′
Octaaf 4′
Fluit 4′
Quint 3′
Octaaf 2′
Cornet III sterk (discant) – 2000
Trompet 8′ – 2000
Bovenwerk: C – f3
Prestant 8′
Holpijp 8′
Gamba 8′ – C-H gec. met Holpijp
Fluit 4′
Quintfluit 3 – 2000
Speelfluit 2′
Tremulant – 2000
Pedaal: C – c1
Subbas 16′ – 2000
Gedekt 8′ – 2000
Koppelingen:
Hoofdwerk – Bovenwerk
Pedaal – Hoofdwerk