Foto’s: Wim Verburg © 2003
Het orgel werd in 1950 gebouwd door de fa. B. Pels & Zoon. In 1993 werd een restauratie uitgevoerd door Pels & Van Leeuwen. Het instrument werd hierbij geheel schoongemaakt en hersteld. Bovendien werd het uitgebreid met een reeks sub- en superkoppelingen. In de speeltafel werd een contactvrij elektrotechnisch Solid-State-schakelpaneel aangebracht. Er werd een herintonatie uitgevoerd, waardoor het orgel een karaktervolle, warme maar ook heldere klank heeft gekregen. Ter zake kundige parochianen namen de bouw van een overkapping, achterwand- en zijmurenisolatie en nieuwe bedrading voor hun rekening.
De dispositie:
Hoofdwerk: (C-g3)
Holquintadeen 16
Prestant 8
Bourdon 8
Salicionaal 8
Octaaf 4
Roerfluit 4
Octaaf 2
Mixtuur IV-V
Trompet 8
Positief: (C-g3)
Prestant 8
Holpijp 8
Prestant 4
Koppelfluit 4
Octaaf 2
Sesquialter II
Dulciaan 8
Tremolo
Zwelwerk: (C-g3)
Prestant 8
Roerfluit 8
Viola di Gamba 8
Vox Caelestis 8
Prestant 4
Fluit 4
Spitsquint 2 2/3
Flageolet 2
Scherp III
Hobo 8
Tremolo
Pedaal: (C-f1)
Prestantbas 16
Subbas 16
Octaafbas 8
Gedekt 8
Koraalbas 4
Bazuin 16
Trombone 8
Koppels:
I+II, I+III, II+III
I+III 16′, II+III 16′, III+III 16′, III+III 4′
P+I, P+II, P+III, P+III 4′
Speelhulpen:
Registercrescendo
Vrije Combinatie, Vaste combinaties, Tutti
Aut. Ped. voor Man. II en III; Handreg. af; Tongw. af.