Foto: Bram Luteyn © 1986
Andreas Jäger bouwde in 1753 een nieuw mechanisch sleepladen-orgel voor de Stadtpfarrkirche Sankt Mang in Füssen (Bayern). In 1839-1846 is het gerepareerd en omgebouwd door Joseph Pröbstl. Balthasar Pröbstl bouwde het in 1871-1878 om naar een romantischer klankbeeld. De sleepladen werden vervangen door kegelladen. Zeilhuber bouwde het orgel in 1956 drastisch om in neobarokke stijl. De tractuur werd geëlektrificeerd en het werd uitgebreid door een Unterwerk dat in een zwelkast is geplaatst. In 1978 voegde Zeilhuber enkele registers toe. In 2012 is het orgel gerepareerd en gerenoveerd naar de maatstaven van de Landesamt für Denkmalpflege door Siegfried Schmid. De toestand van 1956 staat onder Denkmalschutz (Monumentenzorg). Van Andreas Jäger zijn alleen de kas en de frontpijpen bewaard gebleven.
Dispositie:
Hauptwerk: C – g3
Bourdon 16′
Principal 8′
Spitzflöte 8′
Gedeckt 8′
Octave 4′
Flöte 4′
Nasard 2 2/3′
Superoctave 2′
Cornett III fach
Mixtur IV fach
Trompete 8′
Brüstungspositiv: C – g3
Gedeckt 8′
Quintade 8′
Prestant 4′
Flöte 4′
Schwiegel 2′
Quinte 1 1/3′
Zimbel III fach 1′
Krummhorn 8′
Tremolo
Unterwerk: C – g3
Nachthorn 8′
Salicional 8′
Schwebung 8′
Principal 4′
Waldflöte 2′
Mixtur IV-V fach
Fagott 16′
Helle Trompete 8′
Clarine 4′
Schweller
Tremulant
Pedal: C – f1
Principalbass 16′
Contrabass 16′
Subbass 16′
Quintbass 10 2/3′ transm. Subbas
Octavbass 8′
Choralbass 4′
Flötbas 2′
Großnasat II 5 1/3 + 4′
Mixtur IV
Posaune 16′
Normalkoppeln