De foto’s op deze pagina: D. Sanderman © 2002
Het orgel is gebouwd door Van der Putten & Veger (1998). De Subbas 16′ staat achter de kast geplaatst.Tegen de muur achter het orgel zien we de schakelaar voor de windvoorziening. De windmotor is opgesteld achter deze muur en komt door een windkanaal door deze muur heen.
De manuaalknoppen BW-HW of HW-BW vormen een interessante optie op het orgel. Door middel van een schuif onder de speeltafel kan de organist kiezen tussen het Bovenwerk aan het Hoofwerk of andersom te koppelen. Dit biedt de organist meer mogelijkheden.
Het orgel is bedoeld om onder andere de weekopeningen mee te begeleiden. Ook was het de bedoeling dat studenten in collegevrije uren, pauzes of na de collegedag literatuur konden spelen of studeren. Enkele studenten hebben dan ook een orgelpas waarmee zij op verschillende momenten toegang kunnen krijgen tot het orgel.
Wanneer studenten in een lege aula kunnen studeren is het leuk en handig dat het orgel vrij veel mogelijkheden bezit. In de praktijk kan bijna nooit met het volle werk worden gespeeld omdat de aula te klein of het orgel te groot is.
Aanvulling: Gerrit M. Kerst
De dispositie van het Van der Putten & Veger-orgel: (1998)
Hoofdwerk:
Prestant 8
Bourdon 8
Octaaf 4
Octaaf 2
Mixtuur IV B/D
Trompet 8 B/D
Bovenwerk:
Holpijp 8
Prestant 4
Fluit 4
Nasat 2 2/3 B/D
Spitsfluit 2
Terts 1 3/5 B/D
Pedaal:
Subbas 16
Gedekt 8
Trompet 8
Koppels:
HW-PED
BW-PED
BW-HW HW-BW
Speelhulpen:
Nachtegaal
Tremulant