Foto: Onbekend
Casavant-orgel uit 1910 met van oorsprong pneumatische tractuur (buizenpneumatiek). Bij de restauratie door de firma Guilbault-Thérien in 2003 is het omgebouwd naar elektrische tractuur. Ook is de dispositie gewijzigd en is het orgel opnieuw geïntoneerd. De frontpijpen zijn gedecoreerd en het pedaalklavier is radiaal concaaf.
Dispositie:
Grand Orgue: C – c4 Montre 16′, Montre 8′, Bourdon 8′, Flûte Double 8′, Prestant 4′, Flûte 4′, Nasard 2 2/3′, Doublette 2′, Quarte de Nasard 2′, Tierce 1 3/5′, Fourniture 4 rangs, Trompette 8′.
Récit Expressif: C – c4 Bourdon 16′, Principal 8′, Bourdon 8′, Viole de Gambe 8′, Voix Céleste 8′, Octave 4′, Flûte Bouchée 4′, Piccolo 2′, Larigot 1 1/3′, Sesquialtera 2 rangs, Trompette 8′, Hautbois 8′, Cromorne 8′, Trémolo.
Pédale: C – g1 Résultante 32′ – akoestisch, Flûte 16′, Soubasse 16′, Octave 8′, Bourdon 8′ – extension, Principal 4′ – extension, Trombone 16′, Trompette 8′, Clairon 4′.
Couplers: Accouplement du Récit au Grand Orgue (16′, 8′, 4′), Tirasse Grand Orgue (8′, 4′), Tirasse Récit (8′, 4′), Récit 16′, Récit 4′.