Foto: John Salmon © 2010
In 1956 herbouwde de firma Bishop & Son het elektro-pneumatische kegelladen-orgel van Saint Margaret’s Church, Vicarage Road in London (Plumstead). Het ging om een al meerdere malen verbouwd orgel, dat oorspronkelijk in 1875 werd gebouwd door Alfred Hunter voor de in 1856 voltooide kerk. In 1910 heeft Bishop het instrument omgebouwd en in 1946 werkte de firma Tunks aan het orgel. De ombouw van 1956 was in feite een nieuwbouw als drieklaviers orgel, met electro-pneumatische tractuur, gebruikmakend van het bestaande pijpwerk. In 1966 werd het kerkgebouw gesloten en ging de parochie samen met die van de nabijgelegen Saint Mark’s. Het orgel werd naar deze kerk overgeplaatst. In 1976 is er een nieuw kleiner kerkgebouw gebouwd. Het orgel is daarop door de firma Bishop & Son gereviseerd en ongewijzigd opgebouwd in de nieuwe kerk.
Dispositie:
Great Organ: C – g3 Double Diapason 16′, Open Diapason 8′, Stopped Diapason 8′, Principal 4′, Flute 4′, Twelfth 2 2/3′, Fifteenth 2′, Mixture 3 ranks, Tromba 8′.
Choir Organ: C – g3 Gedact 8′, Principal 4′, Nazard 2 2/3′, Rohr Flute 2′, Tierce 1 3/5′, Tromba 8′.
Swell Organ: C – g3 Open Diapason Wood 8′, Dulciana 8′, Voix Celestes 8′ (TC), Fugara 4′, Dolce Flute 4′, Fifteenth 2′, Mixture 2 ranks, Double Clarinet 16′, Oboe 8′, Clarion 4′.
Pedal Organ: C – f1 Sub Bass 16′, Echo Bourdon 16′, Bass Flute 8′, Octave 8′, Octave Quint 5 1/3′, Choral Bass 4′, Trombone 16′, Tromba 8′.
Koppelingen: Choir to Great, Swell to Great, Swell to Choir, Choir to Swell, Great to Pedal, Choir to Pedal, Swell to Pedal.