Klik op deze link naar Inventaire des Orgues voor foto’s en een Franstalige beschrijving van het orgel
- In 1878 bouwde Cavaillé-Coll een nieuw groot concertorgel met mechanische tractuur en sleepladen voor de Salle des Têtes van het Palais de Trocadéro in Parijs. Omdat er weinig tijd was voor de bouw, gebruikte hij het orgel dat hij had gebouwd voor de Notre-Dame in Auteuil, dat bijna voltooid was. Het front werd overgenomen en uitgebreid met twee 32-voet pedaaltorens. Ook breidde hij het uit met een vierde klavier. Op 7 augustus 1878 werd het orgel in gebruik genomen. Het werd bespeeld door Alexandre Guilmant. De firma Mutin-Cavaillé-Coll had het orgel in onderhoud.
- In 1927 maakten zij het schoon en werd het waar nodig gereviseerd. Op 2 maart 1927 werd het instrument weer in gebruik genomen.
- Het Palais werd in 1937 gesloopt en vervangen door het Palais Chaillot, ten behoeve van de wereldtentoonstelling van 1937. De firma Gonzalèz plaatste het orgel in 1939 in een nieuwe ijzeren kas met vrijstaande pijpen op een verrijdbaar platform. De tractuur werd geëlektrificeerd en de dispositie werd op verschillende punten gewijzigd, waardoor het karakter van het orgel behoorlijk is veranderd. In de nieuwe hal klonk het orgel niet echt fantastisch, mede dankzij de droge akoestiek van de ruimte.
- Omdat ook deze zaal zou worden afgebroken kocht de gemeente Lyon het orgel en liet het in 1977 door George Danion plaatsen in het Auditorium Maurice Ravel in Lyon. De dispositie werd opnieuw gewijzigd. Ook werd de zwelkast om het Positif verwijderd. Op 27 en 28 oktober 1977 werd het instrument in Lyon in gebruik genomen met bespelingen door Pierre Cochereau.
- In 2013 is het orgel door Michel Gaillard gerestaureerd. Er is daarbij een nieuwe elektronische Setzer-installatie geplaatst met 7200 (450×16) combinaties.
Dispositie:
Grand-Orgue (C-c4): 61 toetsen Montre 16′, Bourdon 16′, Montre 8′, Violoncello 8′, Flûte Harmonique 8′, Bourdon 8′, Prestant 4′, Flûte Douce 4′, Nasard 2 2/3′ – 1937, Doublette 2′, Tierce 1 3/5′ – 1937, Cornet 5 rangs, Plein-Jeu 4 rangs – 1976, Fourniture 2 rangs – 1976, Cymbale 4 rangs – 1976, Bombarde 16′, Trompette 8′, Clairon 4′.
Positif (C-c4): 61 toetsen Bourdon 16′, Principal 8′, Flûte à Fuseau 8′ – 1937, Salicional 8′, Unda Maris 8′, Prestant 4′ – 1937, Flûte Octaviante 4′, Quinte 2 2/3′, Doublette 2′, Tierce 1 3/5′ – 1937, Plein-Jeu 5 rangs – 1977, Cymbale 4 rangs – 1977, Basson 16′, Trompette 8′, Cromorne 8′, Chalumeau 4′ – 1937, Clairon 4′ – 1977, Tremulant.
Récit Expressif (C-c4): 61 toetsen Quintaton 16′, Flûte Harmonique 8′, Viole de Gambe 8′, Cor de Nuit 8′, Voix Céleste 8′, Flûte Octaviante 4′, Viole 4′ – 1937, Nasard 2 2/3′ – 1937, Octavin 2′, Tierce 1 3/5′ – 1937, Piccolo 1′ – 1937, Plein-Jeu 5 rangs – 1937, Cymbale 4 rangs – 1937, Cornet 5 rangs, Carillon 1 à 3 rangs, Basson 16′, Trompette 8′, Basson-Hautbois 8′, Voix Humaine 8′, Clairon 4′, Tremulant.
Solo (C-c4): 61 toetsen Bourdon 16′, Flûte 8′ – 1977, Diapason 8′, Violoncelle 8′, Principal 4′ – 1937, Octavin 2′, Plein-Jeu 4 rangs – 1977, Cymbale 4 rangs – 1977, Tuba Magna 16′, Trompette Harmonique 8′, Clarinette 8′, Clairon Harmonique 4′.
Pédale (C-g1): 32 toetsen Principal 32′, Principal (C-H gedekt) 32′ – 1977, Grosse Flûte 16′, Contrebasse 16′, Principal 16′ – 1977, Soubasse 16′, Grosse Flûte 8′, Bourdon 8′, Octave 4′ – 1937, Mixture 5 rangs – 1977, Contre-Bombarde 32′, Bombarde 16′, Basson 16′, Trompette 8′, Basson 8′, Clairon 4′, Baryton 4′.
Koppelingen: Accouplement du Positif au Grand-Orgue, Accouplement du Récit au Grand-Orgue, Accouplement du Solo au Grand-Orgue, Accouplement du Récit au Positif, Accouplement du Solo au Positif, Accouplement du Solo au Récit, Tirasse Grand-Orgue, Tirasse Positif, Tirasse Récit, Tirasse Solo.
Speelhulpen: 7200 Combinaisons Ajustables, Crescendo, Appel des Mixtures, Appel d’Anchies, Appel Tutti par Clavier, Appel Tutti Mixtures, Appel Tutti Général.