Foto’s: Wim Verburg – 2003
Dit Flentrop-orgel dateert in eerste aanleg uit 1937, gebouwd in opdracht van de Nederlandse regering voor de Wereldtentoonstelling in Parijs waar het in de zaal voor religieuze kunst van het Nederlands Paviljoen was opgesteld. Aanvankelijk was het in eigendom van de Nederlandse Bachvereniging en werd het, na plaatsing in 1938, in het begin o.a. gebruikt voor de jaarlijkse uitvoeringen van de Matthäus Passion. Begin 1998 werd het orgel geheel gerestaureerd
In 2012 werd het orgel door de firma Adema Kerkorgelbouw met 2 stemmen uitgebreid. Ook werd de Schalmei vervangen door een dulciaan. In 2014 werd het instrument door dezelfde firma gereviseerd en werd de elektro-pneumatische tractuur vervangen door een digitale tractuur.
Dispositie tot 2012:
Hoofdwerk: (C-g3)
Praestant 8 *
Roerfluit 8
Praestant 4
Mixtuur 4 st.
Dulciaan 8
Nevenwerk: (C-g3)
Quintadeen 8
Gedekt 8
Open fluit 4
Praestant 2
Scherp 3-4 st.
Sesquialter 2 st.
Pedaal: (C-f1)
Subbas 16 **
Praestant 8 ***
Gedekt 8 **
Octaaf 4 ***
Flageolet 2 ***
Speelhulpen en koppels:
I+II, I+II 16′, P+I, P+II
2 vrije combinaties
tutti
**: unit
***: unit
Huidige dispositie:
Manuaal I: Bourdon 16′, Prestant 8′ – 1998; transmissie van pedaal, Roerfluit 8′, Prestant 4′, Mixtuur IV sterk, Dulciaan 8′ – 2012.
Manuaal II: Quintadeen 8′, Gedekt 8′ – 2012; C-f’ transmissie, Openfluit 4′, Prestant 2′, Sesquialter II sterk – 2012, Scherp III-IV sterk.
Pedaal: Subbas 16′, Prestant 8′, Gedekt 8′ – transmissie, Octaaf 4′ – transmissie, Flageolet 2′ – transmissie.
Koppelingen: Manuaal I – Manuaal II, Sub Manuaal I – Manuaal II, Pedaal – Manuaal I, Pedaal – Manuaal II.
Speelhulpen: 2 vrije combinaties.