Klik op deze link naar Reliwiki voor een foto van het orgel
- In de Oude Bethelkerk in Scheveningen (Zuid-Holland) stond een orgel uit 1881 van de Duitse firma Ibach, dat in 1923 was gewijzigd. In 1956 bouwde Flentrop een nieuw tweeklaviers mechanisch sleepladen-orgel voor de kerk. Op zondag 16 december 1956 is het in gebruik genomen, bespeeld door de vaste organist van de kerk, dhr. I. de Boer. In 1969 werd de kerk gesloopt. Het orgel werd opgeslagen.
- Na de bouw van de nieuwe ‘derde’ Bethelkerk is het instrument door Jac. van der Linden in 1971 overgeplaatst. Van der Linden breidde het daarbij uit met een zwelwerk op een derde manuaal. De Nasard 2 2/3′ van het Hoofdwerk werd vervangen door een Quint 1 1/3′, en er werd een Terts toegevoegd. De Trompet 8′ is vernieuwd, terwijl de Fagot van het Pedaal plaats moest maken voor een Bazuin 16′. Op vrijdag 3 september 1971 werd het weer in gebruik genomen. Als nieuwe organist van de kerk was Sander van Marion aangesteld, die voordien organist van de – inmiddels gesloopte – Prins Willemkerk was. In 1977 werd een koororgel in de kerk geplaatst, dat men ook kan bespelen vanaf het hoofdorgel. Dit werk werd uitgevoerd door de firma Pels & Van Leeuwen uit ‘s-Hertogenbosch. Zij hebben ook de dispositie van het grote orgel gewijzigd door de Terts 1 3/5′ en de Quint 1 1/3′ van het Hoofdwerk te vervangen door een Quint 2 2/3’ en een Cornet V sterk. In de jaren tachtig is het instrument door Pels & Van Leeuwen opnieuw geïntoneerd.
- De toonhoogte is a’ = 44o Hz. De stemmingstemperatuur is evenredig zwevend.
Dispositie:
Hoofdwerk (C-f3): 54 toetsen Quintadeen 16′ – C-Fis akoestisch, Prestant 8′, Roerfluit 8′, Octaaf 4′, Fluit 4′, Quint 2 2/3′ – 1977, Vlakfluit 2′, Cornet V sterk – 1977, Mixtuur IV-VI sterk, Trompet 8′.
Rugwerk (C-f3): 54 toetsen Holpijp 8′, Quintadeen 8′, Prestant 4′, Roerfluit 4′, Octaaf 2′, Sesquialter II sterk, Scherp IV sterk, Dulciaan 8′, Tremulant.
Bovenwerk (in zwelkast) (C-f3): 54 toetsen Gemshoorn 8′, Gedekt 8′, Fluit 4′, Nasard 2 2/3′, Woudfluit 2′, Sifflet 1′, Cimbel III sterk, Echo-Trompet 8′, Tremulant.
Pedaal (C-f1): 30 toetsen Subbas 16′, Prestant 8′ – transmissie, Bourdon 8′, Woudfluit 4′, Ruispijp III sterk, Bazuin 16′, Trompet 8′ – transmissie, Schalmei 4′.
Koppelingen: Hoofdwerk – Rugwerk, Hoofdwerk – Zwelwerk, Pedaal – Hoofdwerk, Pedaal – Rugwerk, Pedaal – Zwelwerk.