Bron foto: Siegener Zeitung
- In 1906 bouwde de firma Gebr. Link een nieuw orgel voor de Talkirche in Geisweid (Nordrhein-Westfalen). Het instrument is geplaatst in een neogotische orgelkas. Het orgel werd in 1954 en in 1968 gemoderniseerd door de firma Kemper & Sohn. In 1954 werd met name de dispositie gewijzigd in meer barokke stijl. Een aantal registers is een octaaf opgeschoven en aangevuld, van een aantal registers is het pijpwerk ingekort tot een hogere stem en een aantal stemmen is nieuw vervaardigd. In 1968 zijn de kegelladen vervangen door nieuwe Taschenladen en zijn nieuwe ‘Schwimmerbalgen’ geplaatst.
- In de jaren 2008-2009 bouwde Hans Peter Mebold een nieuw mechanisch sleepladen-orgel in de kas van Link, waarbij enkele registers zijn overgenomen. Ook is er enig oud pijpwerk gebruikt uit de voorraad van de orgelmaker. Het grootste deel van de registers is nieuw gemaakt.
Dispositie:
Hauptwerk: C – g3 Bourdon 16′ – 1906/2009, Prinzipal 8′, Soloflöte 8′ – 1906; C-H uit Gedackt, Gemshorn 8′ – 1906, Gedackt 8′ – 1906, Octave 4′, Rohrflöte 4′, Quinte 2 2/3′, Superoctave 2′ – Auszug aus Mixtur, Mixtur 4 fach (2′), Trompete 8′ – 1906/2009, Tremulant.
Schwellwerk: C – g3 Hohlflöte 8′, Gamba 8′, Vox Coelestis 8′ (vanaf c°) – oud, Geigenprinzipal 4′, Traversflöte 4′, Nasard 2 2/3′, Blockflöte 2′, Terz 1 3/5′, Quinte 1 1/3′, Oboe 8′, Tremulant.
Pedal: C – f1 Violon 16′ – 1906, Subbaß 16′ – 1906, Octavbaß 8′, Cello 8′, Baßflöte 8′, Choralbaß 4′ – transmissie, Posaune 16′ – 1906/2009, Basstrompete 8′ – transmissie.
Couplers: Hauptwerk – Schwellwerk, Subkoppel Hauptwerk – Schwellwerk, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Schwellwerk.
Accessories: 7900 Setzer-Kombinationen.
Samenstelling van de vulstem:
Compund stop | Composition |
Mixtur 4 fach | C: 2′ – 1 1/3′ – 1′ – 2/3′. c°: 2 2/3′ – 2′ – 1 1/3′ – 1′. c’: 4′ – 2 2/3′ – 2′ – 1 1/3′. c”: 8′ – 4′ – 2 2/3′ – 2′. |