Foto’s: Bert Wisgerhof © 2008
Klais bouwde in 1954/1955 een groot nieuw orgel met elektrische tractuur en sleepladen voor de Münsterkerk in Konstanz. Hierbij zijn de oude orgelkas en de oude frontpijpen opnieuw gebruikt. De kas werd ongeveer anderhalve meter naar achteren geplaatst. Deze orgelkas is gebouwd in 1520 door Hans Schentzer, en met twee zijstukken uitgebreid in 1858 door Martin Braun. De huidige frontpijpen zijn ook in 1858 gemaakt.
Dispositie:
Hauptwerk: Prinzipal 16′, Zinnoktav 8′, Holzoktav 8′, Großgedackt 8′, Gemshorn 8′, Superoktav 4′, Koppelflöte 4′, Terz 3 1/5′, Oktav 2′, Rauschpfeife 2-3 fach (2 2/3′), Mixtur 6-8 fach (1 1/3′), Scharff 4 fach (1′), Trompete 16′, Trompete 8′.
Oberwerk: Quintadena 16′, Prinzipal 8′, Rohrflöte 8′, Lieblich Gedackt 8′, Oktav 4′, Spitzflöte 4′, Nazard 2 2/3′, Flachflöte 2′, Oktav 1′, Mixtur 4-6 fach (1 1/3′), Terzcymbel 3 fach (1/4′), Krummhorn 8′, Kopftrompete 4′.
Schwellwerk: Holzflöte 8′, Salicional 8′, Prinzipal 4′, Querflöte 4′, Schwegel 2′, Nonencornett 6 fach (2 2/3′), Cymbel 4-6 fach (1′), Dulcian 16′, Schalmey-Trompete 8′, Hautbois 8′, Tremulant.
Kronpositiv: Kupfergedackt 8′, Quintadena 8′, Prinzipal 4′, Blockflöte 4′, Oktav 2′, Waldflöte 2′, Sifflöte 1 1/3′, Sesquialter 2 fach (2 2/3′), Scharff 4 fach (1′), Vox Humana 8′, Tremulant.
Pedal: Untersatz 32′ – akoestisch, Prinzipal 16′, Subbass 16′, Zartbass 16′, Quintbass 10 2/3′, Oktavbass 8′, Gedacktbass 8′, Choralbass 4′, Bassflöte 4′, Nachthorn 2′, Hintersatz 6 fach (2 2/3′), Oktavcornett 2 fach (2′ + 1′), Bombarde 16′, Posaune 8′, Clarine 4′, Singend Cornett 2′.
Koppelingen: Hauptwerk – Oberwerk, Hauptwerk – Schwellwerk, Hauptwerk – Kronpositiv, Oberwerk – Schwellwerk, Oberwerk – Kronpositiv, Schwellwerk – Kronpositiv, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Oberwerk, Pedal – Schwellwerk, Pedal – Kronpositiv.
Speelhulpen: 1 vrije combinatie, 60 electronische setter-combinaties, Register-crescendo.