Lennep, Evangelische Stadtkirche

Foto: firma Willi Peter

  • Het sleepladen-orgel met mechanische toetstractuur en elektrische registertractuur in de Stadtkirche te Lennep (Nordrhein-Westfalen) is in 1777-1778 gebouwd door de broers Johann Christian en Johann Gerhard Kleine uit Freckhausen. In 1890 werd het in Lennep afgebroken in verband met de aanschaf van een nieuw Sauer-orgel, en geschonken aan de Evangelische Kirche te Hausen (Hunsrück), waar het in 1903 werd geplaatst. De pedaalwindlade met pijpwerk werd echter geschonken aan de Evangelische Kirche te Beyenburg, waar deze onderdelen verloren zijn gegaan.
  • Vanaf 1956 onderhandelde de kerk van Lennep met de kerk van Hausen over terugkoop van het Kleine-orgel. In 1966 resulteerde dit in de terugkeer van het orgel naar zijn oorspronkelijke plaats. De firma Willi Peter restaureerde het instrument en maakte een nieuw pedaal. In 1967 kon het orgel in Lennep weer in gebruik worden genomen. Adviseur bij dit alles is Hans Hulverscheidt uit Aachen. In 1980 is opnieuw aan het orgel gewerkt, nu door de firma Rudolf von Beckerath. Daarbij is de manuaalomvang vergroot van 49 naar 56 tonen.

Dispositie:

Hauptwerk: C-g3  Bourdon 16′, Principal 8′, Gedackt 8′, Viola di Gamba 8′, Flöte d’Amour 8′ – C-h uit Gedackt, Octava 4′, Rohrfleut 4′, Quinta 3′, Octava 2′, Terzian 2 fach (1 3/5′), Cornett 4 fach (4′) (discant), Mixtur 4 fach (2′), Basson 16′ (bas), Trompete 16′ (discant), Trompete 8′ (B/D).
Rückpositiv: C-g3  Gedackt 8′, Quintadena 8′, Principal 4′, Nachthorn 4′, Fleut Traver 4′, Octava 2′, Flageolet 2′, Mixtur 3 fach (1 1/3′), Fagott-Oboe 8′, Vox Humana 8′, Tremulant.
Pedal: C-f1 Subbaß 16′, Principalbaß 8′, Gedecktbaß 8′, Quintbaß 5 1/3′, Octavbaß 4′, Gemshorn 2′, Hintersatz 4 fach (2 2/3′), Posaune 16′, Baß-Trompete 8′.
Koppelingen: Hauptwerk – Rückpositiv, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Rückpositiv.
Speelhulpen: 5 Setzerkombinationen.