Sankt Pölten, Konservatorium für Kirchenmusik, Festsaal

Foto: DerHHO, CC-BY-SA 3.0 (Wikimedia Commons)

Gerald Woehl heeft de opdracht gekregen voor de bouw van een nieuw concertorgel met sleepladen, mechanische toetstractuur, elektrische registertractuur, 38 stemmen, 3 manualen en een vrij pedaal voor de nieuwgebouwde Festsaal van het Konservatorium in Sankt Pölten. De nieuwe zaal en het orgel werden in oktober 2011 in gebruik genomen. De toonhoogte is a’ = 440 Hz. De stemmingstemperatuur is Neidhardt für eine kleine Stadt. Het pedaalklavier is concaaf.

Dispositie:

HAUPTWERK (C – a3) 58 TOETSEN: Bourdon 16′, Principal 8′, Flöte 8′, Gambe 8′, Octave 4′, Gemshorn 4′, Quinte-Nasard 2 2/3′, Superoctav 2′, Terz 1 3/5′, Mixtur 4-5 fach (2′), Trompete 8′.
POSITIV (SCHWELLBAR) (C – a3) 58 TOETSEN: Gedackt 8′, Quintade 8′, Principal 4′, Flöte 4′, Octave 2′, Quinte 1 1/3′, Sesquialtera 2 fach, Fagott 8′, Tremulant.
SCHWELLWERK (C – a3) 58 TOETSEN: Cor de Nuit 8′, Viola da Gamba 8′, Unda Maris 8′, Traversflöte 4′, Dulciane 4′, Piccolo 2′, Basson Hautbois 8′, Vox Humana 8′, Tremulant.
PEDAL (C – f1) 30 TOETSEN: Groß Bordun 32′, Violonbass 16′, Subbass 16′, Gedacktbass 16′, Octavbass 8′, Violoncello 8′, Gedackt 8′, Octave 4′, Fagott 16′, Trompete 8′, Klarine 4′.
KOPPELINGEN: Hauptwerk – Positiv, Hauptwerk – Schwellwerk, Positiv – Schwellwerk, Pedal – Hauptwerk, Pedal – Positiv, Pedal – Schwellwerk, Hauptwerk – Schwellwerk 16′, Positiv – Schwellwerk 16′, Hauptwerk 16′, Schwellwerk 16′.
SPEELHULPEN: 9×1000 Setzer-Kombinationen.