Foto’s: Ad van Pelt © 2007
Het orgel werd in 1872 gebouwd door de Gebr. Adema.
In 1881 blijkt het orgel in onderhoud te zijn bij de firma Bakker & Timmenga.
In 1920 wordt het orgel door Bakker & Timmenga omgebouwd tot een tweeklaviers instrument met 13 stemmen, het pedaal blijft aangehangen.
Het grootste deel van het Adema pijpwerk wordt opnieuw gebruikt.
De speeltafel wordt geheel vernieuwd, ook komt er dan een electromotor.
In 1957 blijkt een nieuwe restauratie nodig, eveneens uitgevoerd door Bakker & Timmenga.
In 1991 werd het orgel gerestaureerd door Hendriksen & Reitsma.
In 1999 werd door de firma A. Nijsse & Zoon een hobo 8′ toegevoegd op het HW en in 2001 werd het front opnieuw geschilderd.
De dispositie:
Onderklavier (C-g3, lade I)
Bourdon 16
Prestant 8
Holpyp 8
Violon 8 (1920)
Octaaf 4
Fluit Harmonique 4
Octaaf 2
Trompet 8 B/D
Bovenklavier: (C-g3, lade II)
Roerfluit 8
Viola di Gamba 8
Voix Célèste 8
Lieflyk gedekt 4 (1920)
Woudfluit 2 (1920)
Cornet 3 sterk * (1991)
Hobo 8 B/D (1999)
Pedaal (C-c1), aangehangen
Drie koppels:
Onderklavier – Bovenklavier
Pedaal – Onderklavier
Pedaal – Bovenklavier
Tremolo
Ventiel
* = in combinatie met de Woudfluit 2.
Wanneer het register “half” wordt getrokken, klinkt de Woudfluit 2, wanneer de knop vervolgens “geheel” wordt getrokken, klinkt de Cornet.
Info: informatiefolder kerk