Zetel, Evangelisch Lutherische Kirche Sankt Martin

Foto’s: Dennis Wubs © 2017

Het mechanische sleepladen-orgel van de Martinskirche in Zetel is gebouwd in 1801 door Johann Wolfgang Witzmann uit Bremen. Het kreeg een plaats op de bovenste galerij aan de westzijde van de kerk. Het was een tweeklaviers instrument met aangehangen pedaal. In 1888 voerde Johann Martin Schmid een verbouwing uit. Hij breidde het orgel uit met een zelfstandig pedaal op een pneumatische kegellade, dat aan de zijkant van het orgel werd opgesteld, en veranderde de dispositie enigszins. De originele frontpijpen werden gevorderd in 1917 tijdens de Eerste Wereldoorlog. In 1947/1948 restaureerde Alfred Führer het orgel. Er werd een nieuw pedaal met mechanische tractuur en een sleeplade aangelegd, dat achter het orgel kwam te staan. De dispositie is bij deze verbouwing ook gewijzigd. In 1951 verplaatste Führer het orgel naar de onderste galerij. De huidige toestand ontstond in 1970, toen Führer een nieuwe restauratie uitvoerde, waarbij nieuwe windladen werden gemaakt en de tracturen geheel zijn vernieuwd. Ook plaatste men nieuwe frontpijpen. Drie registers bleven gereserveerd, deze zijn in 1978 geplaatst. In 1999 zijn tenslotte door Führer twee Zimbelsterne geplaatst tijdens een revisie.

Dispositie:

Hauptwerk (C-f3): 54 toetsen Prinzipal 8′ – 1970, Quintade 8′, Rohrflöte 8′ – 1948, Oktave 4′, Kleingedackt 4′, Quinte 2 2/3′, Oktave 2′ – 1888, Spitzflöte 2′, Sesquialtera 2 fach – 1978, Mixtur 4 fach (1′) – 1948, Trompete 8′.
Oberwerk (C-f3): 54 toetsen Gedackt 8′ – 1888, Prinzipal 4′ – 1970, Flöte 4′ – 1888, Oktave 2′ – 1888, Quinte 1 1/3′ – 1948, Glöckleinton 1′ – 1978, Terzian 2 fach – 1948, Zimbel 3 fach (1/5′) – 1948, Regal 8′ – 1948.
Pedal (C-d1): 27 toetsen Subbass 16′ – 1970, Principal 8′ – 1970, Gedacktbass 8′ – 1970, Choralbass 4′ – 1978, Nachthorn 2′ – 1948, Mixtur 4 fach (1′) – 1948, Fagott 16′ – 1948.
Koppelingen: Manualkoppel – schuifkoppel, Pedal – Hauptwerk.
Speelhulpen: 2 Zimbelsterne – 1999.