Foto: © Kalenderblad
Het orgel in Tiverton is nog helemaal in de oorspronkelijk staat van 1867, toen het gebouwd werd door Henry Willis & Sons. De kas is echter veel ouder, en dateert van 1696. In dat jaar bouwde Christian Smith het instrument, met houtsnijwerk van Grinling Gibbons. In 1776 restaureerde John Snetzler het orgel. Oorspronkelijk stond het orgel tussen koor en schip. In 1820 is het verplaatst naar de westzijde van de kerk. Hier stond het tot 1856. In dat jaar werd het naar een transept van de kerk overgeplaatst. Bij deze verhuizing verwijderde men de beelden die op de orgelkas stonden: engelen die een mijter vasthouden en een kroon. De enkele jaren later volgende ombouw door Henry Willis in de 1867 was in feite nieuwbouw in de oude kas, met gebruikmaking van slechts heel weinig pijpwerk uit het oude orgel. Het is in deze staat bewaard gebleven. In 1967 is het instrument door Noel Mander gerestaureerd. De orgelkas is hierbij ook gerestaureerd. De beelden die in 1856 werden verwijderd zijn gereconstrueerd. Het sleepladen-orgel is geheel mechanisch.
Dispositie:
Great Organ: C – g3 Contra Gamba 16′, Open Diapason I 8′, Open Diapason II 8′, Stopped Diapason 8′, Viola 8′, Principal 4′, Twelfth 3′, Fifteenth 2′, Sesquialtera 2 ranks, Posaune 8′, Clarion 4′.
Choir Organ: C – g3 Lieblich Gedackt 8′, Dulciana 8′, Flute Harmonique 4′, Nason Flute 4′, Gemshorn 4′, Flageolet 2′, Sesquialtera 2 ranks, Scharp Mixture 2 ranks, Corno di Bassetto 8′.
Swell Organ: C – g3 Bourdon 16′, Salicional 8′, Lieblich Gedackt 8′, Open Diapason 8′, Gemshorn 4′, Flageolet 2′, Cornet 3 ranks, Cornopean 8′, Oboe 8′, Clarion 4′.
Pedal Organ: C – g3 Open Diapason 16′, Bourdon 16′, Flute 8′, Ophicleide 16′.
Couplers: Choir to Great, Swell to Great, Swell to Pedals, Great to Pedals, Choir to Pedals, Swell to Great Super Octave, Swell to Great Sub Octave.